Auteur:
Frank Dekker
jaar: 1990
|
Vastgeketend
|
 |
In
het najaar van 1990, krijgen Frank en Rob, per porto, in verband met personeels
tekort aan de Nieuwezijds Voorburgwal, de opdracht te gaan naar de achterzijde
van het Centraal Station op de Ruyterkade, alwaar een man zich aan een
hekwerk had vastgeketend. Zij fietsen erheen.
Ter plaatse
gekomen zagen zij, ter hoogte van het IJ pont, een man en een vrouw op
een drijvende werkplaats staan. Zij zagen dat de man met zijn rechterhand
een hekwerk vasthield, welke daar geplaatst was om niet in het water te
vallen bij de IJ-pontjes. Op de vraag wat er aan de hand was, antwoordde
de man dat hij zijn hand niet meer los kon krijgen. De collega's namen
dit een beetje lacherig op met de woorden van ja hoor, weer een gek op
deze wereld en wilden weer weg rijden. Vervolgens kwam de vrouw naar de
collega's en deelde deze collega's mede dat de man haar man was en dat
deze een spierziekte had die als hij iets kouds aanpakte een verkramping
in zijn spieren teweeg bracht wat ten eerste vreselijk pijn deed en alsmaar
erger werd. Hij had dit al eens eerder gehad in een kroeg, waar aan de
bar een koperen beugel was geplaatst. Hij had toen de gehele nacht, gedwongen,
in de bar moeten doorbrengen. Hierop plaatste een collega de opmerking,
van dat hij dan maar voorzichtig moest zijn met plassen. Voor hetzelfde
geld had hij nu zijn plasser vast en kreeg hij zijn hand niet los. Hierop
kon de man en de vrouw gelukkig nog lachen. Het bleek dat de man wat biertjes
gedronken had en bij het water gekomen vreselijk moest plassen. Zo gezegd
zo gedaan. Terwijl de man stond te plassen kwam er een boot langs welke
behoorlijk wat deining veroorzaakte, waardoor de drijvende werkplaats,
waarop de man stond, behoorlijk heen en weer ging. Hierdoor was de man,
die toch al niet zo vast ter been was, gedwongen om zich ergens aan vast
te pakken. Het werd het hekwerk met deze gevolgen.
De collega's gingen er nu maar van uit dat dit inderdaad het geval was
en waarschuwde de ambulance. Nadat de ambulance ter plaatse was gekomen
en het verhaal door de collega's was verteld, probeerden het ambulance
personeel de hand los te krijgen, wat inderdaad niet wilde lukken. Hierop
heeft het ambulance personeel de man valium en later ook librium gegeven.
Dit mocht ook niet baten. Hierop werden de spuiten te voorschijn gehaald
en de man kreeg diverse injecties. Ook deze hielpen niet.
Nu kwamen de collega's en het ambulance personeel in een dilemma. Wat
nu verder. De man zijn krampen waren niet meer te houden. Medicijnen om
mogelijk de spieren te ontspannen werkten niet. De man kon niet met hekwerk
en al meegenomen worden, omdat deze verankerd was in de grond.
De oplossing aangedragen door het ambulance personeel was: er moest of
een anesthesist komen, om de man mogelijk onder narcose te brengen, om
zo mogelijk de hand los te krijgen, echter dit zou behoorlijk wat tijd
vergen en was die tijd er nog voordat de man zoveel pijn zou krijgen dat
het alleen maar erger voor de man zou worden.
De oplossing van de collega's was: de Ongevallen Dienst moest maar komen
deze hadden tenslotte een slijper. Het hekwerk moest maar doorgeslepen
worden, ten einde de man toch over te brengen het ziekenhuis, om daar
behandeld te worden.
Zo
gezegd zo gedaan. De Ongevallendienst kwam ter plaatsen. Na opnieuw dit
ongelofelijke verhaal verteld te hebben, pakte het personeel van de OD
de doorslijper. Vervolgens werd het hekwerk aan twee zijde doorgeslepen,
wat de nodige pijn voor de man, die nog steeds aan het hekwerk vaststond
ten gevolgen had. Bij het doorslijpen moesten vier mensen, aan twee kanten
naast de man het hekwerk vasthouden, dit in verband met de trilling wat
het doorslijpen veroorzaakten, maar uiteindelijk lukte het de collega's,
de man met ongeveer een stuk pijp van het hekwerk van ongeveer twee meter
lengte, boven op zijn buik te plaatsen en de man met pijp vast te binden
om de brancard, om hem zo met de ambulance af te voeren naar het OLVG.
Ik kan u zeggen dat het geen gezicht was om zo iemand afgevoerd te zien
worden. Achteraf hebben wij, samen met de man en vrouw, er vreselijk om
moeten lachen.
|