Auteur: Jan Blinkhof
jaar: begin jaren '80

van 1982 tot 1986 op groep 2 en groep 6


Stott-tter-raar


Begin jaren `80 deed ik dienst op groep 2. In die tijd was het gebruikelijk dat aangevers, tijdens de uren dat de recherche-opvang gesloten was, op een zogenaamd `imprimeetje`...een doordruk formulier, waarvan er in verschillende talen een exemplaar was, hun verhaal kwijt konden.
Wij vulden dit dan in en de volgende ochtend gingen al deze imprimees naar `boven`, naar de recherche.

Ik stond bij de publieksbalie en werd door een `ahum, goedenavond` geattendeerd op een man die voor de balie stond. Brigadier Mike H. vroeg mij de man even te helpen en dat deed ik dus.

`Wat kan ik voor U doen ?`...hoorde ik mijzelf zeggen....Ikkuuuh, ikkuuh bbbbenn , ikkuuuh bbbenn...mmmmijnnnn ppppoooortttemmonnee.....probeerde de man mij te antwoorden. De man, keurig gekleed , getrouwd volgens zijn ring aan de rechterhand, kwam kennelijk melden dat hij in de buurt zijn portemonne onvrijwillig bij iemand in bewaring had gegeven.

`Nou Blink...heb je de tijd ?`...hoorde ik Cor van A. achter me zeggen. Ik keek op de klok en zag dat het inderdaad tegen zessen liep. De aflossing zou komen en er moest nog koffie gezet worden voor de collega`s van de ochtenddienst.

Ik zag dat de man zich ongemakkelijk voelde...hij keek wat onrustig rond, kennelijk zich nog afvragend of het wel verstandig was aangifte toen van het feit dat hij zijn portemonnee was kwijtgeraakt in het Wallengebied. Hij zou immers een kopie van de aangifte mee krijgen en wie weet wie deze thuis nog onder ogen zou komen.

De man deed ernstig moeite om mij uit te leggen wat er gebeurd was...echter,..hoe langer hij voor de balie stond..hoe onrustiger hij werd en hoe meer hij begon te stotteren. Ik bedacht me dat dit wel eens een lange zit zou kunnen worden, alleen, de man had natuurlijk het volste recht om aangifte te doen en dat wilde ik hem dan ook niet ontnemen. Ik bedacht me plotseling dat typen waarschijnlijk sneller zou gaan dan praten en deed de man het volgende voorstel:

` Meneer...met alle respect...U kunt mij gaan vertellen wat er gebeurd is...we staan hier dan waarschijnlijk tot 09.00 uur, ..of,...U kunt zelf uw verhaal even invullen.` Om mijn voorstel kracht bij te zetten schoof ik de Olympia naar hem toe en draaide een imprimée - eenvoudige diefstal in de ` wagen ` van de typmachine.

Zichtbaar opgelucht en enthousiast begon de man te rammelen en verliet na een kwartiertje tevreden het bureau.