Auteur: Frans Raap
Stank voor dank

Ik was als wachtcommandant werkzaam op dienstgroep 6.
Op een gegeven ogenblik werd er door Roel v.d.E. en Gerard Mak een prostituee het bureau binnengebracht. Ik zag, dat er bij de deuropening enige commotie was.
Er werd wat geschreeuwd en het bleek, dat de beschermheer ook het bureau in wilde.
Dit werd voorkomen door Roel, die zijn voet tegen de deur zette.
De man kon toch het bureau binnenkomen en Roel werd vol in zijn gezicht geslagen.
Het bloed spatte uit zijn neus. Die man zette het op een lopen.
In die tijd had ik nog het lichaam van een jonge God. Ik sprong over de balie ( indien zonder noodzaak leverde dat strafpunten op ) en rende de man achterna.
Ter hoogte van de Warmoesstraat en de Oudebrugsteeg wist ik hem samen met Rob v.d. V. aan te houden.
Op het moment, dat wij hem vastpakten, kwam Roel ook ter plaatse. Door pijn overmand wilde hij de man ook slaan, maar deze was zo vriendelijk om te bukken, waarop ik vol in mijn gezicht werd geslagen door mijn eigen collega.

Achteraf viel het wel mee met mij, maar dit was echt stank voor dank.