Chef van dienst was ik die ochtend. Het was vrij rustig, maar zo tegen de middag werd het toch wat drukker. De gebruikelijke meldingen kwamen langs, winkeldief hier, twist met prostituee daar, aangifte autokraak. Kortom de dienst kabbelde door. Toen kwam er een melding dat een man slechts gekleed in een onderbroek op straat lag. Ik liep toevallig daar in de buurt en zei dat ik die melding wel even zou doen. Ter plaatse aangekomen lag er inderdaad een man gekleed in een onderbroek op straat. Hij zag er vuil en vies uit. Voor hem lag een flinke plas braaksel hetgeen hij met smaak op at. Het was echt een goor gezicht. Ik sprak hem aan en tot mijn verbazing was er een normaal gesprek met hem te voeren. Ik vroeg hem of hij mee wilde lopen naar het bureau. Ja hoor zei hij en stond op. Resten van het braaksel zaten nog op zijn gezicht. Kokhalzend liep ik met hem mee naar het bureau. eenmaal daar aangekomen liet ik hem zich even opknappen in het arrestanten toilet. Toen hij weer wat toonbaarder was bood ik hem een kopje koffie aan en omdat ik in de veronderstelling was dat hij honger had bood ik hem een stroopwafel aan. De koffie wil ik wel, maar stroopwafels lust ik niet zei de man. Zo zie je maar dat smaken verschillen. 
|