Auteur: Ton Stellaard
Jaar: 1984
Okselfris

Het moet ongeveer 1984 zijn geweest. Ik mocht mentor/begeleider spelen over een groep mensen die juist van school kwamen. Die kijken dan behoorlijk tegen je op.
Je werkt tenslotte al zoveel jaar aan de Warmoesstraat. Je zult dan wel alles gezien, gehoord en meegemaakt hebben.
Niet dus.
Ik zou met een leerling (Robbie) een uurtje autosurveillance gaan rijden als 2.04.
We kregen de opdracht te gaan naar een huis, alwaar de eigenares iemand in huis had die er niet wilde uitgaan. We kwamen daar aan en werden opgevangen door de vrouw des huizes. Binnen zat een jongeman van ongeveer 23 jaar oud. De vrouw verklaarde: "Die jongen mocht hier een paar dagen logeren, maar nu wil hij niet meer weg. Kunt u hem even naar buiten werken?"

De vrouw kon aantonen dat zij de huurster was. De jongen weigerde echter te vertrekken. Mijn "leerling Robbie" stond erbij en keek op zijn gemakkie hoe ik e.e.a. zou oplossen. Ik vertelde dus de vrouw dat zij tweemaal officieel moest vorderen dat de jongen de woning zou verlaten. Dat deed zij, maar de jongen weigerde te vertrekken.

Ik deelde de man mee dat hij nu was aangehouden en dat hij mee moest naar het politiebureau. "Robbie, doe hem maar de handboeien om", zei ik. Nu was dit Robbie zijn eerste aanhouding. Je had op school wel op je medeleerlingen geoefend, maar dit was andere koek. "Hij wil niet", zei Robbie. "Maar hij moet" riep ik. Ik liep dus naar de man toe, zodat Robbie kon zien wat de bedoeling was. Nu was mijn plan wel goed, maar de aangehouden jongen dacht daar heel anders over. Hij gaf mij een duw en rende de kamer uit en de badkamer in. Ik moest nu niet alleen de man in de gaten houden, maar ook Robbie. "Kom op Rob, we pakken hem".
In de badkamer zag ik dat de jongen de spiegel van de muur wilde trekken. Ik dacht meteen aan gevaarlijke dingen, zoals scherpe scherven en zo. Ik greep de man beet en riep meteen Robbie instructies toe. De ruimte in de de badkamer was nu wel erg klein geworden. Ik had de man om zijn nek beet en wilde iets harder knijpen. Hij deed echter een wilde beweging, waardoor ik, samen met hem, dwars door de badkamer viel, met mijn elleboog tegen de knop van de douche. Die douche begon meteen volop te sproeien, waardoor ik met mijn verdachte onder een warme douche kwam te staan.

En Robbie??
Die keek en keek en keek.

Na nog wat instructies (zoals het vragen van assistentie) lukte het eindelijk de verdachte in de boeien te krijgen. Buiten bonkte hij met zijn hoofd nog bijna een autoruit er uit, zodat hij toch maar op de bodem van een politiebus vervoerd moest worden.
"Goh Ton....wat ruik jij lekker", was de tendens van de commentaren van de collega's. Achteraf bleek dat de jongen geen kwade dingen in gedachten had. Achter de spiegel in de badkamer had hij enige grammen heroïne verstopt. Die wilde hij natuurlijk graag meenemen als hij het huis zou verlaten. Tja, nu verliet hij op een andere wijze het huis. Okselfris gewassen, dat wel.

En Robbie?
......is later een hele goeie en betrouwbare diender geworden.