Auteur:Arie Meijer
Jaar: onbekend
1980-1987, groep 4
Natte Achtervolging

Het was een zomerdag, ik weet niet meer welk jaar, en samen met Els O. reed ik in de surveillanceauto over het Prinseneiland.
Plotseling zagen wij een bekende crimineel in een splinternieuwe BMW rijden. Dat kon geen zuivere koffie zijn, dus wij gingen achter hem aan.
Al snel had hij kennelijk gezien dat wij achter hem aan reden en hij verhoogde dan ook de snelheid.
Met grote snelheid naderden wij een van de houten bruggetjes op het Prinseneiland.
De crimineel reed, zo liet de meldkamer ons weten, in een in Zandvoort gestolen auto.

Terwijl de BMW de brug opreed kwam er vanaf de andere kant juist een andere personenauto aan en de BMW botste frontaal op de tegemoetkomende auto.
Met grote snelheid en op korte afstand volgden wij de BMW. Door de aanrijding moesten ook wij plotseling hard remmen. Mede door het natte wegdek slipte onze auto door en botsten wij achterop de BMW, die tussen 2 auto's klem kwam te staan op de brug.

"Kip ik heb je" dachten wij, maar voordat we het wisten ging de deur aan de bestuurderszijde open en vluchtte de autodief uit de auto.

Hij klom op de brugleuning en sprong te water. Els en ik renden ook snel uit de dienstauto.
Wij zagen dat de gevluchte autodief in de richting van de Westerdoksdijk zwom.
Naast de brug was een brugwachterswoning en aan de kade bij de woning lag een bootje. In dit bootje lag een dekzeil.
Door de overvloedige regenval was er flink wat regen in de boot verzameld, maar dat was door het zeil niet zichtbaar. Els sprong in de boot en op het zeil en kwam tot haar knieen in het water te staan.

Ik rende ondertussen naar de Westerdoksdijk, waar ik nog net op tijd aankwam om te voorkomen dat de autodief op de kade kon klimmen.
Toen de autodief mij zag besloot hij weer terug te zwemmen in de richting van de brug.

Els had de hulp van de brugwachter ingeroepen omdat het bootje ook nog aan de ketting bleek te liggen, maar deze mocht van zijn vrouw ons geen assistentie verlenen.
Enfin de autodief zwom onder de brug door het kanaal in.
Langs de oever van het kanaal was een kleine scheepswerf en er lagen verschillende platbodems bij de werf.

Met behulp van personeel van de scheepswerf hebben wij de platbodems dwars in het kanaal gelegd, zodat de autodief er niet langs kon zwemmen.
Na nog even wat in het kanaal te hebben rond gezwommen gaf de autodief zich over en liet zich uitgeput door ons uit het water hijsen.