Auteur:
Jim Nijman Jaar: onbekend | Klappen |  |
Ik neem
de dienst over te 00.00 uur en constateer dat er een schreeuwende vrouw in een
cel zit. Bij de controleronde blijken niet alleen alle cellen vol te zitten, maar
de schreeuwster staat, met de schoenen nog aan, in een dronkevrouwscel. Ik maan
haar tot kalmte en een beetje compassie met haar medearrestanten die willen slapen.
Het antwoord is een serie, met vocht en kegel gelardeerde scheldwoorden. Ik
sluit het luikje en zeg haar te gaan slapen. Mij werd daarop een nieuwe ziekte
toegewenst waarvan de medische stand het bestaan niet van kent. Het werk achter
de balie eiste mijn aandacht. Een tijdje later ging een celbel. De kamerwacht
ging kijken en kwam terug met de wens van de celbewoner "of dat klerewijf
d'r kop niet eens wilde houwen." Ze schreeuwde nog steeds en trapte ook tegen
de celdeur. De kamerwacht kreeg opdracht haar voor te brengen. Misschien was
ze nuchter genoeg om haar weg te sturen. Dat kon niet want ze kon slechts hangend
tussen kamerwacht en co de afstand tussen cel en balie volbrengen. Loslaten kon
absoluut niet i.v.m haar eigen veiligheid. Terug en zonder schoenen de cel in.
Ze bleef schreeuwen en bonken. De overige gasten werden steeds kwader. Wat doe
je met zo'n toestand. Het bleef ook aan de balie druk. Het tumult ontging me weer
enige tijd. Om een uur of vier bleek ze toch stil te zijn en was het op alle
fronten rustiger. "Kijk eens of ze wakker is" zei ik de kamerwacht.
"Ze snurkt nu als een kudde ossen" kwam die terug. Ongeveer 5 kwartier
later riep ze zelf en wou ze weten hoe laat het was. Toen ze dat wist en ik haar
liet weten dat ze weg kon ging ze weer liggen en zei: "Ik ga niet voor zessen
weg" "Hier met die juf, ze gaat eruit" Na wat tegenstribbelen
kwam ze te voorschijn. Verfomfaaid en met een duidelijke kater. "Waarom moet
ik nu al weg?" "Omdat ik je kwijt wil". Ratelend als een mitrailleur
begon ze me te vertellen wat ze van me dacht en daarbij flitsten een paar maal
haar felrode lange nagels langs mijn gezicht dat ik onwillekeurig weg trok. Even
later was mijn geduld op onder het motto "dat pik ik van mijn eigen dochters
niet eens" Met 2 grote stappen was ik om de balie heen greep haar vast,
legde haar over de knie en knalde 3 keer keihard op een strak gespannen spijkerbroek.
Om mij heen eerst stille verbazing gevolgd door tranen trekkend gelach. Maar nooit
heb ik zo snel een uiterst beleefde en excuses makende arrestant gekregen. "Ja
meneer, neen meneer, mijn excuses voor mijn gedrag meneer" Ik werd weer
kwaad, maar nu op mezelf, ik had die remedie enige uren eerder moeten toepassen.
|