Auteur: Theo Evers
Jaar: 2000
Comediant

Heerlijk, burgerdienst. Na de briefing rond 23.00uur werden de koppels ingedeeld en gingen we aan het werk.
Ik kon mijzelf de vrijheid permitteren om zelf uit te maken met wie en hoe ik de straat op ging. Burgerdienst dus!
Nadat de middagdienst naar huis was vertrokken en alles in het bureau op rolletjes liep, ging ik met mijn maat de straat op. Het begin van de nacht verliep rustig. We hielden enkele bekende nepdrugsverkopers aan en namen hun waren in beslag. Diverse harddrugsverslaafde medeburgers werden verbaliseerd en kregen een 'Dijkverbod' uitgereikt. Hiermee moesten zij direct en via een aangegeven route uit het Wallengebied vertrekken voor de duur van 8 uur.
Tegen 04.00 uur begon de buurt alweer leeg te lopen.
Veel bekende 'snorders' (illegale taxichauffeurs) hingen op de brug van de Oudezijds Achterburgwal bij de Molensteeg, omgeven door allerlei legaal en illegaal gespuis, Allemaal wachtten zij hun kans af op een onverwacht voordeeltje.
Aangezien er op dat moment niets gebeurde, liepen wij hierna via de Damstraat naar de Dam. Vandaar rechtsaf naar de Warmoesstraat, retour naar het bureau voor een bakkie koffie.

Ter hoogte van het Oudekerksplein, zagen wij de ons bekende fietsenheler Januario aan komen fietsen. Aan zijn linkerzijde voerde hij een tweede fiets aan de hand. Op het moment dat hij ons passeerde, riep hij tegen ons: "Fiets kopen?"
"Ja, hoor, antwoordde ik direct." Ik zag dat Januario stopte en enkele meters verder op ons bleef wachten.
"Vijfendertig gulden voor een fiets. Je mag ze allebei hebben voor zeventig gulden."
"Doe mij ze maar allebei", antwoordde ik hem.
Wij wisten dat we snel moesten handelen, want als Januario in de gaten kreeg
dat hij met politie te maken had, dan probeerde hij altijd direct weg te rennen.

Mij maat pakte hierna de fietsen van Januario aan en ik greep Januario direct bij zijn armen. "Politie", riep ik tegen hem.
"Je bent aangehouden voor fietsenheling."
Ik duwde Januario tegen de gevel van een huis en deed hem snel de handboeien
om.
Januario was zo verrast door deze actie, dat hij er eigenlijk geen erg in had, dat hij al in de handboeien zat.

Mijn maat en ik keken elkaar tevreden aan. Wat een makkie! Hoezo makkie?
Mijn maat liep vooruit met de fietsen en ik volgde hem op enkele meters afstand met de arrestant.
Ongeveer ter hoogte van de Oudebrugsteeg voelde ik dat Januario begon tegen te werken. Hij begon langzamer te lopen en duwde zijn lichaam met kracht naar achteren. Nu moet je weten dat hij ongeveer 1,95 meter lang was, tegenover mijn
1,82 meter.

Ja hoor, het feest begon. Ter hoogte van de Lange Niezel voelde ik dat hij expres door zijn knieën ging zakken en ik hoorde hem schreeuwen: "Niet slaan, auw, niet slaan. Mensen kijk toch eens hoe die smeris mij mishandelt."

Mijn maatje keek even om en ik knikte hem terug, dat het wel goed ging.

Het kostte mij grote moeite om het slungelige lichaam van Januario weer omhoog te trekken en aandacht kregen wij. Het publiek keek met medelijden naar Januario en het was dat ik met valse blik naar het publiek terugkeek en tegen Januario zei: "Stel je niet zo aan man. Hou op met die poppenkast, je gaat het toch niet redden", dat het publiek wijselijk op afstand bleef.

De afstand tot de artiesteningang van het bureau was nog slechts twintig meter, maar die meters bleken lang. Januario liet zich vallen en hield zich als een slappe deken, al schreeuwende dat hij mishandeld werd. Ik moest hem hierdoor de laatste meters over de grond slepen.

Toen de deur van de artiesteningang achter ons in het slot viel was het over en ging Januario over tot de orde van de dag.
"Doe mij maar een bakkie koffie en heb je nog brood over, want ik heb nog niet gegeten."

Wat een comediant. In ieder geval was hij nu twee fietsen kwijt en ging hij enkele uren later met een dagvaarding op zak, op transport naar het cellencomplex aan het hoofdbureau, want hij moest nog wat dagen 'uitzitten' voor eerdere veroordelingen terzake fietsenheling.