Auteur:
Sybren van der Veen
jaar:onbekend
|
Brandje
meneer!
|  |
Dat brandslangen
ook weleens zonder brand gebruikt werden weet menig diender.
De oude Olympia tikmachine's hebben menig litertje water verwerkt zonder
dat dit problemen opleverde.
In het hedendaagse computertijdperk is dit niet meer denkbaar.
Zo ook op een warme zomeravond aan het bureau Warmoesstraat.
In een portiek tegenover het bureau stond een verliefd stelletje te
vrijen op een wijze die zo op het podium van de Casa Rosso gezet kon
worden.
De hormonen waren zo opgelopen dat aanspreken niet meer hielp. "Afkoelen!"
riep iemand "net als de vastzittende hondjes".
De brandslang werd op de eerste etage uit het raam gehangen en na een
korte tijd was het seksavontuur over. Of het koppel dienders dat na
hun ronde binnen kwam lopen, per ongeluk of expres werd natgespoten,
zal niemand ooit weten.
Het was wel de aanleiding voor een enorm waterballet waarbij abusievelijk
een brandblusser was afgegaan.
Het bureau was daarna vanaf drie hoog aan een dweilbeurt toe. Collega
Fred, door vriend en vijand (had hij eigenlijk niet) "keppeltje"
genoemd, door zijn rondje kale plek op het achterhoofd, was met al zijn
ziel en zaligheid aan het dweilen.
Juist op dat moment kwam de stadsdienst voor controle binnen. Op zijn
vraag wat er aan de hand was, sprak Fred al dweilend, "We hebben
een brandje gehad, meneer"
De inspecteur
van de stadsdienst ging bezorgd navraag doen bij de groepsbrigadier,
met name of er nog persoonlijke ongelukken waren.
Het gaat te ver om de woorden te herhalen die genoemde inspecteur riep
toen hij de ware toedracht hoorde.
|